Begroting 2019

In de Programmabegroting 2019 is het financieel beeld uit de Voorjaarsnota 2018 het vertrekpunt. Onderstaand worden de ontwikkelingen toegelicht die zich na het vaststellen van de Voorjaarsnota 2018 hebben voorgedaan.

Bedragen in zijn in duizenden euro's

Het financieel beeld

2018

2019

2020

2021

2022

Stand Voorjaarsnota 2018

0

0

0

0

0

Meicirculaire 2018

0

0

0

0

0

Accres

0.000

0.000

0.000

0.000

0.000

Mutatie algemene uitkering corresponderende posten

12.328

15.374

16.545

13.193

13.224

Doorvertalen aan de inhoudelijke programma's

-12.328

-15.374

-16.545

-13.193

-13.224

Programmabegroting 2019

0

0

0

0

0

(+ is positief voor het financieel beeld)

Meicirculaire 2018
De gevolgen van de maatregelen, die zijn beschreven in de meicirculaire, leiden niet tot nieuwe inzichten voor het vastgestelde financieel beeld uit de Voorjaarsnota 2018. Over de Meicirculaire 2018 hebben wij u reeds geïnformeerd in raadsbrief 5429377.

Accres
Vanaf 2020 zijn de bruto-accressen in de meicirculaire lager dan op grond van de Maartcirculaire 2018 verwacht werd. De maartcirculaire bevatte de vertaling van de financiële gevolgen van het Regeerakkoord Rutte 3. Het lagere accres heeft geen gevolgen voor het financiële beeld.

De verklaring voor de neerwaartse bijstelling ligt in de lagere ontwikkeling van de lonen en prijzen. De raming in het Centraal Economisch Plan (CEP) 2018 ligt lager dan die van november vorig jaar. Daardoor geeft het Rijk minder uit aan compensatie van lonen en prijzen. Dat zorgt voor lagere accresrelevante uitgavenontwikkeling en daarmee een lager accres.

Omdat Utrecht zowel de lasten als de batenkant van de begroting in constante prijzen raamt levert de bijstelling van het accres geen nadeel op. De groei van het gemeentefonds als gevolg van loon- en prijsontwikkelingen vanaf 2020 hebben wij nog niet begroot, net als dat we aan de lastenkant de stijgende kosten nog niet hebben geraamd. In de Voorjaarsnota is de loon- en prijsontwikkeling tot en met 2019 verwerkt. De jaarschijf 2020 voor wat betreft de gestegen lonen en prijzen voegen we in de Voorjaarsnota 2019 toe aan de begroting. Dat is ook het moment dat we de verwachtte extra inkomst uit het gemeentefonds afzetten tegen de verwachtte loon- en prijsstijgingen.

Corresponderende posten
Naast accressen bevat de meicirculaire ook corresponderende posten.

Bedragen zijn in duizenden euro's

Corresponderende posten meicirculaire

2018

2019

2020

2021

2022

Mutatie algemene uitkering corresponderende posten

12.328

15.374

16.545

13.193

13.224

Doorvertalen aan de inhoudelijke programma's

-12.328

-15.374

-16.545

-13.193

-13.224

Mutatie financieel beeld

0

0

0

0

0

(- is negatief voor het financieel beeld)

De noodzakelijkheid van het door vertalen van de corresponderende posten naar de inhoudelijk programma’s is getoetst aan de hand van de beantwoording op de onderstaande vragen:

  • Wat zijn de huidige uitgaven aan de taak die is gerelateerd aan de corresponderende post?
  • Hoeveel is er daadwerkelijk (extra) nodig om deze(extra/geïntensiveerde) taak uit te voeren?
  • Zijn we verplicht deze taak uit te voeren?
  • Wat zijn de maatschappelijke effecten als we de niet verplichte taak wel gaan uitvoeren?
  • Negatieve corresponderende posten worden wel door vertaald, tenzij dat op grond van vastgesteld gemeentelijk beleid in redelijkheid niet kan.

Indien het niet nodig is om een budget toe te voegen aan een inhoudelijk programma val dit in beginsel vrij aan de algemene middelen. In bijlage XX vindt u de correspondeerde posten, hier is per onderwerp aangegeven of en voor welk bedrag wij voorstellen de posten door te vertalen naar de.
inhoudelijke programma’s.